– PRIMEUR –
De verkeerscentrale Zuid-Nederland van Rijkswaterstaat is vrijdag en zaterdag verhuisd naar de HighTech Automotive Campus. Vanaf vandaag stuurt de verkeerscentrale vanaf Helmond alle rijkswegen in de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg aan. Via schermen houden medewerkers de verkeersaders in de gaten, verzorgen verkeersinformatie en assisteren bij ongevallen en calamiteiten. Dieze verkeerscentrale zat tot het weekend aan de A67 in Geldrop. Naast de verkeerscentrale verhuisde ook de servicedesk mee. In totaal werken er zo’n 80 medewerkers. Precies 5 jaar geleden (pdf) liet B&W weten dat zij  gesprekken hadden gevoerd voor deze verplaatsing. Rijkswaterstaat bleek toen echter besloten te hebben af te zien van nieuwbouw in Helmond.

.

Op deze nieuwe locatie wordt ook de Innovatiecentrale gerealiseerd. Hierin werken overheidspartijen als Rijkswaterstaat en de provincie Noord-Brabant  samen met kennisinstituten en marktpartijen aan innovaties op het gebied van verkeersmanagement en intelligente mobiliteit. In de nieuwe verkeerscentrale worden dergelijke innovaties in de praktijk getest.
“Het is een geweldige waardetoevoeging op Mobiliteit en we kunnen samen nieuwe kansen benutten op het gebied van Smart Mobility. Daarbij geeft het een enorme impuls aan de campusontwikkeling. Met de vestiging van de verkeerscentrale op de AutomotiveCampusNL, dient zich een unieke kans aan om een koppeling te leggen tussen de operationele verkeerscentrale, innovatieve automotive ontwikkelingen en samenwerking tussen diverse partijen”, aldus wethouder Yvonne van Mierlo vorig jaar bij de aankondiging van deze verhuizing.
De nieuwe innovatieomgeving bestaat uit een InnovatieLab en 2 Innovatiedesks. ‘Het InnovatieLab is bedoeld voor de ontwikkeling van nieuwe projecten en concepten rondom intelligente mobiliteit’, vertelt Laurens Schrijnen van Rijkswaterstaat. ‘Wegbeheerders, kennisinstituten en marktpartijen beschikken straks over actuele, geanonimiseerde verkeersdata en simulatieprogramma’s die de effecten van een innovatie, bijvoorbeeld op de verkeersdoorstroming, in beeld kunnen brengen.’ Met de Innovatiedesks worden veelbelovende concepten op een bestaande weg getest in een voor Europa unieke praktijkomgeving. Denk aan het plaatsen van tekstboodschappen op Dynamische Route Informatiepanelen of het zenden van een persoonlijk advies naar bepaalde weggebruikers. Dat alles met als doel onder meer veiligere wegen en afname van files, aldus Schrijnen.
‘Veel automobilisten krijgen nu al via hun navigatiesysteem actuele route-informatie door. Daardoor weten zij steeds beter zelf hun route te bepalen en zijn zij minder afhankelijk van bewegwijzering. Ook wisselen auto’s al informatie met elkaar uit. Zo is het in de toekomst mogelijk dat een automobilist een signaal krijgt wanneer de auto ervoor afremt. Zulke ontwikkelingen kunnen de huidige bewegwijzering en matrixborden op den duur zelfs overbodig maken.’
Een van de eerste projecten die in de Innovatiecentrale aan bod komt, is de A58 tussen Eindhoven en Tilburg. Schrijnen: ‘Op dat wegvak ontstaan vaak spookfiles, waarbij onverwacht remgedrag voor een schokgolf zorgt. We gaan nu testen welke nieuwe technieken in de auto het beste werken tegen dit type files.’ Een tweede project betreft de A67 tussen Eindhoven en Venlo. ‘Het grote aandeel vrachtverkeer op deze route bemoeilijkt vaak het invoegen voor automobilisten. Vanuit de markt is er al een app ontwikkeld die andere voertuigen waarneemt en een automobilist naar een vrije ruimte tussen de vrachtwagens kan geleiden. De vraag is nu of we hiermee de verkeersveiligheid en het gevoel van verkeersveiligheid bij de weggebruiker kunnen vergroten.’

In de reacties hieronder staan updates.