8reacties

Het komt steeds dichterbij

9 Juni 2021, zomaar een zonnige woensdag in Helmond. Geen wolkje aan de lucht en het heerlijke lenteweer zou nog de hele week aanhouden. De terrassen zijn weer open en het goede leven leek terug te keren naar Helmond. Dat had je gedacht. Nog voordat de zon goed en wel onze stad kon verwarmen deed de FIOD, op zoek naar witwaspraktijken, een inval bij een zonnestudie en een supermarkt. Beide van dezelfde eigenaar, een ‘bekende’ van Justitie. Tegelijkertijd werden in hetzelfde onderzoek drie woonadressen door de gewapende douane en FIOD met een ‘bezoek’ vereerd. Er werden geld en een administratie in beslag genomen.

Het toeval wil dat één van die woonadressen op nog geen 10 meter van mijn poort ligt. Het gangetje, dat ook de achterom van mijn buren is, geeft een goed zicht op het adres. Lang geleden woonde hier een gezin met 2 kinderen. De dochter zat bij mij op school. Na hen kwam er een ouder echtpaar met een vrijgezelle dochter die op latere leeftijd is getrouwd. Allemaal keurige mensen, niets van te zeggen. Ze werden opgevolgd door een jongere stel met een kind dat pas leerde praten toen hij naar de kleuterschool ging. Er was niks mis met het jongetje, wellicht wel met de moeder die nooit iets tegen hem zei ‘omdat hij toch niet kon terugpraten’. Raar mens. Afijn, het gezin maakte plaats voor een allerliefst gepensioneerd echtpaar. Hij was kapper geweest en hield nog steeds van orde en netheid. Zijn schoenen waren glimmend gepoetst en de pantalon had altijd een messcherpe vouw. Zijn echtgenote hield van bloemetjes en tuinieren. Samen hielden zij ons gangetje keurig bij. Zoals het gaat met oudere mensen, hij stierf en zij vertrok naar een appartementje in de Ameideflat. Ze lieten een keurig woning na met een groot rolluik aan de achterdeur. Je weet immers maar nooit.

De plantjes van het kappersechtpaar overleefden de volgende bewoonster niet lang. Die was altijd druk met zichzelf. Lawaaierig, veel drank en veel rotzooi en vaak vreemde kerels. Deze mevrouw had de gewoonte haar etensresten in ons gangetje te sodemieteren. Kortom, voor ons een hele verandering in de buurt. Na de zoveelste ruzie met een of andere vent, liet ze haar hele woning van voor tot achter voorzien van rolluiken. Een jaar later was ze opeens vertrokken. Wij haalden opgelucht adem.

De woning werd verhuurd aan een vrouw die naar schatting ergens rond de 40 jaar zou kunnen zijn. Contact met haar was er niet. En of ze ooit thuis was, wist niemand. De rolluiken waren bijna altijd gesloten, zowel voor als achter. Af en toe ging het rolluik bij het voorraam open. Dat was zo’n beetje de enige merkbare beweging. Tot woensdag 9 juni… Wat je ooit op televisie kunt zien, gebeurde nu voor mijn neus: gewapende mannen in kogelvrije vesten, een speurhond, politiemensen in burger (waarschijnlijk rechercheurs). Alle rolluiken en de voor- en achterdeur wagenwijd open. De hele woning werd op zijn kop gezet, inclusief de berging. En dat allemaal op de vroege ochtend voor mijn poortje, bij ons gangetje.

Een paar dagen vóór deze inval werd op de hoek van mijn straat, niet zo heel ver van de zonnestudio genoemd in mijn eerste alinea, een geldautomaat bijna opgeblazen. Je zou bijna denken dat ik in een achterstandswijk woon, maar niets is minder waar. Het geeft te denken. Het komt steeds dichterbij, onveiligheid, en dat is geen prettig idee…

Hanneke Hegeman