Gemiste kans bij nieuwe bibliotheek (JC)
Helmond is nooit zo fraai omgesprongen met haar verleden. Monumenten slopen en opnieuw opbouwen, daar hebben we wel ervaring mee. Zie bijvoorbeeld hier. Voor de rest laten we onze monumenten liefst verkrotten, verdwijnen en slopen. Zelfs het Huis met de Luts viel bijna ten prooi aan de vooruitgang.
Een bijzonder stukje verleden zit onder onze voeten, in de grond. Dat zijn archeologische monumenten. Daarmee is altijd nog meer stiefmoederlijk omgesprongen dan met zichtbare monumenten. Als we niet een paar enthousiastelingen hadden gehad die onder de naam archeologische Vereniging Helmont door het leven gingen, was er waarschijnlijk nooit iets gebeurd.
Tussen 1981 en 1984 beleefde ons dorp haar grootste opgraving, het eerste kasteel van Helmond. Hoewel dat archeologische onderzoek bepaald niet lekker en volgens de regels verliep, plaatste Helmond zich met dit ‘Oude Huys’ (pdf) wel op de wereldkaart. Sindsdien zijn er echter nauwelijks meer opgravingen geweest. De archeologische vereniging is ter ziele; de inschrijving bij de KvK verdwenen. Bij het laatste grondwerk bij ‘de knaal’ is de kans om het Oude Huys verder op te graven, onbenut voorbij gegaan.
Toch hadden we korte tijd een ‘stadsarcheoloog’ in dienst, in deeltijd. Die is inmiddels helemaal naar Eindhoven verkast. In Helmond zie ik hem nooit meer. En zeker niet aan het opgraven. Opvallend is wel, dat Eindhoven sinds zijn komst, van stad-zonder-verleden fors opgestoomd is in de rijen der archeologisch bekende ‘sites’.
Ik kwam tot die overpeinzing door het werk aan de nieuwe bibliotheek. Waarom is of wordt dáár geen archeologisch onderzoek gedaan? Die plek ligt zo ongeveer bovenop een stadspoort, de gracht en vlakbij de watermolen. Het zou raar zijn als daar niks uit de grond kwam. Bovendien verplicht het Verdrag van Malta om bij dit soort grootschalige ingrepen archeologisch onderzoek te doen. Maar er zal wel een kutsmoes zijn om daar onderuit te komen. En zo gaan hier in Helmond wederom ongegeneerd de schop en graafmachine de grond in.
Cultuurwethouder Bethlehem liet zich bij de presentatie van de industriële erfgoedroute als eerste wethouder ontvallen, dat hij een hart heeft voor het verleden, inclusief archeologie. Ik zie daar niks van. Alweer een weggegooide kans.
Was getekend,