Duur in Helmond? Dan toeslag?!
We leven momenteel, begin 2023, in dure tijden. Dat wil zeggen, ons geld is steeds minder waard. De voornaamste reden: oorlog. In combinatie met onze energieverslaving en afhankelijkheid van energiebronnen van buitenaf, manipulatie op de energiemarkten, enz., wordt alles waar energie bij te pas komt duurder & duurder. De vis komt niet vanzelf aan boord en op de wal en voordat deze op ons bord belandt is er aardig wat brandstof en elektriciteit verbruikt.
Reden voor vakbonden, maar ook werkgevers en andere organisaties om voor de getroffen betrokkenen compensatie te vragen dan wel hun te geven. Maar wie dacht dat duurtetoeslag een nieuw fenomeen is heeft het mis. Al eerder waren er duurteperiodes waarbij tot leniging van de nood toeslagen verstrekt werden. Zoals tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Schaars & schaarser
Dat Nederland geen partij bij deze Groote Oorlog was betekende niet dat men niet getroffen werd, evenzeer als ons land nu de gevolgen van de oorlog in Oekraïne voelt. Meteen na het uitbreken van de oorlog kreeg Helmond, net zoals zoveel plaatsen in Nederland, te maken met een invasie van Belgische vluchtelingen. Het overgrote merendeel bleef hier kort, de meesten van degenen die tijdens de duur van oorlog niet terugkeerden werden in kampen geïnterneerd. Vervolgens werden ook toen al gauw de eerste levensbehoeften schaarser én duurder. En dat hield zo vier jaar aan. De overheid werd ook toen gedwongen om in actie te komen, de gemeenteraad kreeg het druk. Zo kwam er een distributiebureau voor levensmiddelen, een gemeentelijk werklozenfonds en naast goedkope cokes van de gemeentelijke gasfabriek, kwam er een visafslag.
Helmonders raakten vertrouwd met broodkaarten en aardappelendistributie. De brandstoffenschaarste werd bestreden door gasrantsoenering, maar begin 1917 volgden drastischer extra maatregelen: een verordening op het sluiten van herbergen in verband met de steenkolennood en een die vervroegde winkelsluiting gebood. Het werd er niet gezelliger op, de leerlingen van de Rijks HBS zaten bij gelegenheid met winterjassen in de klas.
Salarismeetings
Fabrieken gingen minder werken of werden, in afwachting van betere tijden, zelfs stopgezet bij gebrek aan grondstoffen en vanwege de dure energie. De gemeentelijke werkverschaffing probeerde de werklozen zoveel mogelijk aan werk en inkomen te helpen, maar kon onmogelijk iedereen aannemen. De gemeente, de particuliere bedrijven en andere werkgevers hanteerden zo hun eigen politiek bij het toekennen van tegemoetkomingen. Zo kregen de gemeentewerklieden al in 1915 een duurtetoeslag maar de rest van het gemeentepersoneel moest wachten tot begin 1917. De toeslag gold uitsluitend voor personeel met een weekwedde tot ƒ 25 en bedroeg voor ongehuwden de helft van die voor gehuwden. Inspecteur van de politie Beltgens viel buiten deze regeling maar had toch ook te maken met de duurte. Hij vroeg de raad om ofwel een toeslag dan wel een verhoging van zijn wedde die al jaren niet verhoogd was.
Ook het personeel van de Openbare School kwam niet in aanmerking maar ontving wel compensatie. Ons gemeentebestuur maakte zich persoonlijk sterk voor de onderwijskrachten. Burgemeester Van Hout en wethouder Van Wel waren in november 1917 spreker op regionale salarismeetings (ja, toen al) van de – uiteraard RK – onderwijsorganisaties. De Eerwaarde Broeders van Maastricht hadden inmiddels het voorbeeld van de gemeente gevolgd: het lekenpersoneel op hun scholen kreeg per april 1917 ƒ 50 extra op jaarbasis.
Welke bedrijven in welke mate actief waren bij het treffen van extra voorzieningen tijdens de Eerste Wereldoorlog is nog niet goed bekend. Bij Begemann waren ze er in ieder geval vroeg bij en dat wilden ze graag laten weten. Met de andere bedrijven aan de Kanaaldijk lijken vooral de metaalbedrijven daar, de Nedschroef en de Gebr. Van Thiel, bedoeld. Zie links de advertentie in de ZuidWillemsvaart van 4 december 1915. Een duurtetoeslag was een pré bij het werven van personeel, zie deze advertentie in de ZuidWillemsvaart van 4 december 1917.
↑ Een nieuwe voorraad voedsel voor Helmond is zojuist op de Markt gearriveerd, bestemd voor de voedseldistributie, 1916 – 1918. Collectie RHCe, foto: Gebr. Janssen
↓ Op de Kerkstraat, hoek Wiel – de plaats waar normaal de varkensmarkt werd gehouden – staat een hele groep – meest vrouwen met korf – te wachten op de aankomst van distributiegoederen, 12 augustus 1915. Collectie RHCe, foto: Gebr. Janssen
1 reactie:
De oorlog , tsja , een goede reden om vele dingen duurder te maken.
Maar de vraag is , wordt het weer zo goedkoop als voor de oorlog ?
Dat denk ik dus niet. Een bekende maatregel was “ het kwartje van Kok “ .
Betalen we nog steeds.
En dan de hulp die we krijgen , veels te laat natuurlijk.
Er wordt gegraaid bij de bedrijven en instanties.
Totdat er maatregelen genomen worden. Bijna iedereen blij natuurlijk.
Prijsplafond voor de energie , minimumloon 10% omhoog .
Volgende maand zijn producten weer duurder en gaat iedereen weer klagen.
Ja , die bakker moet zijn personeel ook meer betalen , dus prijsverhoging.
Enzo draaien we maar door.
Oorlogen zijn natuurlijk nooit leuk en treffen mensen , die er niet veel mee te maken hebben , keihard in de knip. En het is maar goed dat er hulp geboden wordt maar het zal wel nooit meer hetzelfde worden.