Celstraffen voor mensenhandel in Helmond
Een 18-jarige man uit Helmond is zojuist door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld voor mensenhandel. De man krijgt 280 dagen jeugddetentie en wordt in een jeugdinrichting geplaatst. Een 19-jarige medeverdachte uit Helmond krijgt voor zijn aandeel een gevangenisstraf van achttien maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk.
De jongste verdachte ging zogenaamd een liefdesrelatie aan met een vrouw en bood haar van mei tot en met juli vorig jaar onderdak. Hij wist dat zij kwetsbaar was vanwege haar moeilijke jeugd en haar overige persoonlijke omstandigheden. Ze was emotioneel van hem afhankelijk. Door misbruik te maken van haar situatie en door te doen alsof hij verliefd op haar was, misleidde de verdachte het slachtoffer. De vrouw mocht weliswaar gaan en staan waar zij wilde, maar de verdachten wisten dat zij nergens anders terecht kon.
Volgens de rechtbank maakt het niet uit dat de vrouw instemde met de prostitutiewerkzaamheden. Het slachtoffer werd door de mannen veelvuldig en op dwingende wijze kenbaar gemaakt dat zij klanten moest afwerken en haar verdiensten moest afstaan. Daarom is er sprake van gedwongen prostitutie. De verdachten toonden geen respect voor het zelfbeschikkingsrecht van het slachtoffer en maakten een ernstige inbreuk op haar vrijheid. Ze wilden alleen gemakkelijk geld verdienen.
Uit onderzoek van een psychiater en psycholoog blijkt dat de 18-jarige verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is. Daarom wordt hem een PIJ-maatregel opgelegd. Ook moet hij nog 125 dagen jeugddetentie uitzitten van een veroordeling in februari 2013.
Twee andere mannen (28 en 33 jaar) uit Helmond werden vrijgesproken van betrokkenheid bij het uitbuiten van de vrouw.
Alle 4 werden op dinsdagochtend 23 juli 2013 door de politie aangehouden omdat zij verdacht werden van betrokkenheid bij gedwongen prostitutie. Het slachtoffer was een jonge vrouw van toen net 18 jaar. Het openbaar Ministerie eiste 2 weken geleden celstraffen van 12 maanden (3 maal) en 27 maanden tegen hen.
De volledige uitspraken van de rechtbank: ECLI:NL:RBOBR:2014:2227, ECLI:NL:RBOBR:2014:2228, ECLI:NL:RBOBR:2014:2229, ECLI:NL:RBOBR:2014:2230 en ECLI:NL:RBOBR:2014:2232