Verlaagd Wmo-besluit bij Helmonds echtpaar teruggedraaid
Vrijdag deed de voorzieningenrechter in Den Bosch uitspraak in een zaak die was aangespannen door een Helmonds echtpaar tegen de vermindering van het aantal uren en de hoogte van de uurvergoeding op grond van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
De gemeente had bij het persoonsgebonden budget het aantal uren ondersteuning teruggebracht van 4½ naar 2 uur per week en de uurvergoeding verlaagd. Deze ondersteuning zou voor het echtpaar voldoende zijn om het resultaat te bereiken van een schoon en leefbaar huis. Voor het aantal uren was wel een overgangsperiode toegekend, voor de verlaging van het uurtarief niet. De rechter heeft zich niet uitgesproken over de vraag of een lopende indicatie kan worden gewijzigd of ingetrokken, maar bepaalde wel dat de gemeente bij een beperking van de aanspraak een voldoende ruime overgangstermijn in acht moet nemen. Omdat dit niet was gebeurd, moet de gemeente totdat op het bezwaar is beslist, de bestaande afspraken nakomen.
Het echtpaar werd in deze zaak bijgestaan door mr. A. van ’t Laar, procesondersteuner bij KBO-Brabant. Hij wijst er op dat, zolang er nog een toekenning op grond van de oude Wmo van kracht is, het een gemeente niet vrijstaat deze ten nadele van de betrokkene in te trekken. Tenzij de oorzaak ligt in de omstandigheden van de cliënt. Een bezuinigingsopdracht of nieuwe beleidsinzichten zijn onvoldoende reden om een geldende indicatie in te trekken. Het is kansrijk om hiertegen bezwaar en beroep in te stellen. Los daarvan moeten cliënten een ruime overgangstermijn krijgen om zich op een nieuwe situatie in te stellen.
KBO-Brabant-leden die bij Wmo-zaken een beroep willen doen op Van ‘t Laar, kunnen dat via Marieke Pette, beleidsmedewerker van KBO-Brabant (via [email protected] of 073-6444066) laten weten.
1 reactie:
Een ( juridisch ) bommetje onder de afgegeven wmo-beschikkingen na 1-1-2015!? Dit omdat nagenoeg alle huishoudelijke hulp indicaties / uren zijn verminderd en ruime overgangstermijnen, zover bekend, niet zijn gehanteerd.
Landelijk speelt deze discussie ook al in diverse rechtzaken.
Als deze uitspraak gevolgen heeft, dan kan dat de gemeente aardig wat geld gaan kosten. Want wat is de definitie van een “ruime overgangstermijn”?
Je zou je kunnen afvragen of de aangepaste WMO beleidsuitgangspunten / werkwijze vooraf wel voldoende juridisch is bekeken. Want dat er bezwaren zouden komen was vanaf het begin wel duidelijk. Daar is m.i. in politieke zin wel naar geïnformeerd. Goed nu heeft de rechter besloten en ligt er jurispredentie! Gr. Berry