Q&A brandveiligheid bij seniorencomplexen
Namens D66 stelde Noureddine Zarroy vanochtend schriftelijke vragen aan B&W over de brandveiligheid bij onze zelfstandig wonende ouderen.
Hieronder zijn 5 raadsvragen (Questions) voorafgegaan door zijn inleiding. Zodra we de antwoorden (Answers) van het college hebben, plaatsen we die ook in zijn geheel in de reacties.
In een brief van de minister voor Wonen en Rijksdienst drs. S.A. Blok van 24 augustus 2016 aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal naar aanleiding van het verschijnen van het rapport “Branden in seniorencomplexen: regelgeving en praktijk” van het IFV op 9 juni 2016, schrijft hij dat gemeenten binnen de Woningwet extra mogelijkheden hebben om de brandveiligheid van woongebouwen met relatief veel verminderd zelfredzame personen te vergroten. De fractie van D66 heeft daarom de volgende vragen:
- Is het College bekend met het rapport van het IFV “Branden in seniorencomplexen: regelgeving en praktijk” (pdf) en met de brief (pdf) van de Minister voor Wonen en Rijksdienst betreffende dit rapport?
- Kent de gemeente Helmond een duidelijk en volledig overzicht van woongebouwen met relatief veel verminderd zelfredzame personen ten gunste van de Hulpdiensten?
- In hoeverre werkt de gemeente Helmond samen met eigenaren om woongebouwen met relatief veel verminderd zelfredzame personen te vergroten? Zo nee, waarom niet?
- In hoeverre is de gemeente Helmond bereid de bestaande ruimte binnen de Woningwet toe te passen om de brandveiligheid in woongebouwen met relatief veel verminderd zelfredzame personen te vergroten?
- In hoeverre houdt de gemeente rekening met de extra zorgbehoefte van de verminderd zelfredzame binnen de crisisbeheersingsplannen voor het geval er brand is in een woongebouw met relatief veel verminderd zelfredzame personen?
In de reactie hieronder staat een update.
1 reactie:
Update:
Hierboven zie je de plattegrond met de woongebouwen waar relatief veel verminderd zelfredzame personen wonen. Naast de al bestaande maatregelen, gaat de gemeente samen met het Rode Kruis voorlichting geven over brandveiligheid. De eigenaren blijven verantwoordelijk om hun woongebouwen brandveiliger te maken.
Dat en meer laat B&W weten in hun antwoorden op de bovenstaande raadsvragen van de D66. Zie de volledige beantwoording hieronder.
Antwoord: Ja, is bij ons bekend. Het rapport omvat de omvang van de problematiek, de risicofactoren en er worden oplossingsrichtingen gegeven.
Antwoord: Op verschillende vlakken is een goed inzicht te krijgen van woongebouwen waar relatief veel verminderd redzame personen wonen, via het marktonderzoek wonen en zorg werkgebied Lorentz genootschap (zie plattegrond) Het scootmobielbeleid is vastgesteld en uitgewerkt .Bij het scootmobielen beleid is in beeld gebracht waar deze zich bevinden en wat de risico’s hiervan zijn. Hier is actief op gecontroleerd en geadviseerd.( 2015 )
Dit in samenwerking met woningbouw corporaties, verenigingen van eigenaren, gemeente, de zorgpoort en VRBZO.
Verder is er een overzicht van alle panden, waar een gebruiksmelding of gebruiksvergunning afgegeven is m.b.t. brandveilig gebruik.
Woongebouwen worden niet actief betrokken in het reguliere proces van toezicht en handhaving. Wel worden klachten en verzoeken van een woningbouw of vereniging van eigenaren meegenomen.
Antwoord: Door de inzet van verschillende brandveilig leven producten wordt de doelgroep “ouderen” bereikt, met als doel om de zelfredzaamheid en het brandveilig bewustzijn te vergroten.
Producten die hiervoor op dit moment worden ingezet in Helmond:
– Algemene voorlichtingsbijeenkomsten in samenwerking met KBO’s, Zorginstellingen en Woningbouwcorporaties;
– Voorlichting over brand (in geval van een woningbrand die in de wijk heeft plaatsgevonden)
– Geen Nood Bij Brand dat wordt ingezet in een aantal zorginstellingen met als doel om het brandveilig bewustzijn en de zelfredzaamheid te vergroten bij de bewoners en het personeel van de zorginstelling
Er zijn daarnaast ook plannen om samen met het Rode Kruis, eind dit jaar of begin volgend jaar wijkgericht te gaan werken om voorlichtingsmomenten in te gaan plannen samen met VRBZO en gemeente Helmond. Dit zal hoogstwaarschijnlijk uitgevoerd gaan worden in de wijken waar opkomsttijdoverschrijding aan de orde is.
Antwoord: Artikel 13 van de Woningwet geeft gemeenten nu al de mogelijkheid om de eigenaar van een bestaand bouwwerk aan te schrijven. De gemeente kan opleggen dat een bestaand bouwwerk moet gaan voldoen aan de nieuwbouweisen in plaats van aan de eisen voor bestaande bouw. Woongebouwen met relatief veel verminderd zelfredzame personen zouden hiervoor in aanmerking kunnen komen. De gemeente kan door maatwerk in het concrete geval een specifiek bouwwerk brandveiliger maken als de samenstelling van de bewoners hierom vraagt. Door de gemeente zal een dergelijke verzwaring ten opzichte van de bestaande situatie goed moeten worden onderbouwd. Hiervoor zal dan beleid gemaakt moeten worden.
Het uitgangspunt blijft toch wel dat eigenaren uit eigen beweging hun verantwoording zouden moeten nemen in dergelijke gevallen. Ingrijpen door de gemeente door aan te schrijven op grond van artikel 13 Woningwet wordt door de minister voor Wonen en Rijksdienst gezien als laatste middel in uitzonderlijke gevallen.
Antwoord: Binnen de VRBZO zijn geen crisisplannen op deze doelgroep. Bevolkingszorg heeft wel deze doelgroep als speerpunt.