7reacties

Van der Pijl: Verkiezingsuitslag

Column Mirjam van der Pijl PvdA HelmondWie een tiental jaar geleden had gezegd dat de VVD in Nederland de grootste partij zou worden zou meewarig aangekeken zijn. Wie zou hebben gezegd dat de VVD in Brabant de grootste partij zou worden zou niet goed snik worden verklaard. Wie zou hebben verklaard dat de VVD in Helmond, de voormalige industriestad met laaggeschoolde arbeiders, de grootste partij zou worden zou wellicht naar een kliniek voor psychiatrisch patiënten worden gebracht. Toch bleek het waarheid na de laatste Tweede Kamerverkiezingen. Bewondering, verbazing, ongeloof en verslagenheid strijden om de hoofdgedachte in menig hoofd van niet-VVD-stemmers en leden van andere partijen.
In de turbulente (media)strijd om het premierschap, het torentje, en het worden van de grootste partij is ook de PvdA veel groter geworden dan de peilingen een paar maanden geleden deden geloven. De strijd om de grootste te worden ging duidelijk ten koste van de linker en de rechterflank van het Nederlandse politieke spectrum. SP en PVV leverden veel in ten opzichte van bestaande en in peilingen gemeten Kamerzetels. Voor Erik de Vries vind ik dat oprecht jammer.
De krantenkoppen schreeuwden dat de kiezer had gekozen voor het midden. Maar is dat zo? De traditionele middenpartij CDA verloor fors, de redelijk alternatieve middenpartij D66 won slechts licht (t.o.v. eerdere peilingen). De grote winst van VVD en PvdA laat zich gemakkelijk verklaren als de wens van veel kiezers om ofwel rechts, ofwel links aan de macht te willen. Rechts vestigde de hoop op Rutte, links vestigde de hoop op Samsom.
De formatiepoging van VVD en PvdA is een logische. Zij zijn de partijen die veel extra steun van kiezers kregen, samen hebben ze een meerderheid in de Tweede Kamer, andere combinaties van partijen tot vorming van een kabinet lijken schier onmogelijk.
Maar het is ook een zeer onlogische gezien de eerder genoemde strategische stemmen voor links danwel rechts. Ook programmatisch liggen de verschillen voor het oprapen. Anders dan voor de vorming van het paarse kabinet in 1994, toen VVD en PvdA met D66 samen al lang tevoren gesprekken hielden over wat hen bond en wat ze gezamenlijk zouden kunnen bereiken, zijn de tegenstellingen in de afgelopen verkiezingscampagne aangescherpt.

Toch zijn de voormannen van de VVD en de PvdA (ja, helaas voornamelijk mannen…) met goede moed en vol ijver begonnen aan een poging een kabinet te gaan vormen dat de twee stromingen in Nederland zal moeten verbinden. Ook zij, of misschien wel juist zij, lijken ervan overtuigd dat een moedig samensmeden van VVD en PvdA in één kabinet recht zal doen aan zowel de kiezers links als rechts.
Want dat is wat er zal moeten gebeuren. De brug tussen links en rechts zal moeten worden geslagen.
Als een bijna even groot deel van de Nederlanders vindt dat het op de ene manier moet als het deel van de Nederlanders die vindt dat het op de andere manier moet dan zijn er drie dingen mogelijkheden: rechts krijgt het voor het zeggen en zijn zin, links krijgt het voor het zeggen en zijn zin of ze rooien het samen en krijgen allebei deels hun zin.
Ik ben niet zo naïef te denken dat in één van deze drie scenario’s het gemopper en de ontevredenheid zullen uitblijven. Maar de reactie van mensen om me heen, van wat ik in kranten lees en op TV verneem is nu toch heel sterk: ze moeten het wel samen gaan doen! Dat geeft hoop. Veel mensen die inzien dat verschillen benoemt mogen worden maar ook overbrugt kunnen worden. Of in elk geval uitgeruild…
Nu moet men het ijzer smeden! De voortvarendheid waarmee het proces tot nu is gegaan stemt ook hoopvol. Een vlotte formatie zal het optimisme in het land weer doen oplaaien en dat zal onze economie en uiteindelijk het welzijn van ons allen ten goede komen.
Struikelblokken zullen er echter nog genoeg zijn. Politieke moed zal nog vaak nodig blijken.
Ik hoop dat “wij” binnenkort weer een vele malen grotere rol zal spelen in het politieke taalgebruik dan “zij”. Het gloort…..

Mirjam van der Pijl
Raadslid
PvdA