Q&A Onderhoud van het kanaal
Langs deze weg wil ondergetekende, mede namens de overige fractieleden SDOH-D66-Helmondse Belangen, aandacht bij het college van burgemeester en wethouders vragen voor onderhoudstoestand stedelijk traject Zuid-Willemvaart.
Waarom aandacht voor dit onderwerp.
Vooraleerst omdat wij als gemeente Helmond na de overdracht van Rijkswaterstaat, voor dit kanaal tracé, een onderhoudsverplichting hebben gekregen.
Verder hebben wij begrepen dat uw college met integrale onderzoeken bezig is om met name het stedelijke gedeelte van ’t Kanaal meer en prominenter op de kaart te zetten. Feitelijk een verdere uitwerking van het dossier Kanaalzone.
Wat baart onze zorgen en onze aandacht;
- De grote hoeveelheden “eendenkroos / groene laag” die bijvoorbeeld al na een korte warme periode o.a. ter hoogte van Suytkade ontstaan. Daarnaast ook het (vele) zwerfvuil wat zich tussen het kroos bevindt en /of verzamelt bij de barrière die over het kanaal is aangebracht.
- De vegetatie / waterplanten die zichtbaar in het kanaal gedeelte o.a. ter plaatse van de Veestraat-brug zich ontwikkelen. ( dichtslibben )
- Verder is er de “reuk van ’t Kanaal”, die ontstaat na het inwerking treden van de fonteinen, wat al jaren een hekel punt van discussie is.
- Al jaren een doorn in het oog zijn de wit-uitgeslagen metselwerken van de kades. Deze onvolkomenheden, ontstaan direct na / tijdens de uitvoering, zijn met gangbare middelen te verwijderen wardoor het geheel weer ooglijk wordt.
- Niet duidelijk is of de baggerwerken in de kanaaltangent voor de Induma insteekhaven, die ooit middels een “stevig” krediet werden voorzien, tot uitvoering zijn gekomen.
- Wanneer een totaalplan kan / mag worden verwacht voor de zgn. Kanaalzone. Een integrale plan-opzet, waarin naast recreatieve zaken bijv. ook duidelijk de beheersaspecten en waterkwaliteit naar voren komen.
Fractie SDOH-D66-Helmondse Belangen
Berry Smits
Zoals altijd bij de Question & Answers staan hierboven de gestelde vragen aan het college. Zodra de antwoorden er zijn, plaatsen wij die hieronder. Wie er ondertussen een mening over heeft, staat het natuurlijk vrij te reageren.
1 reactie:
Zojuist kwam het antwoord van het college van burgemeester en wethouders op bovenstaande vragen en zorgen.
Vraag 1. De grote hoeveelheden “eendenkroos / groene laag” die bijvoorbeeld al na een korte warme periode o.a. ter hoogte van Suytkade ontstaan. Daarnaast ook het (vele) zwerfvuil wat zich tussen het kroos bevindt en /of verzamelt bij de barrière die over het kanaal is aangebracht.
Antwoord: Het ontstaan van eendenkroos is een natuurlijk verschijnsel en heeft, mits het niet het volledige kanaaloppervlak gaat bedekken, geen negatieve consequenties voor de waterkwaliteit en de ecologie.
Het eendenkroos verzamelt zich voornamelijk voor de drijfbalk bij Suytkade en achter hoeken van bruggenhoofden, waar de wind het naar toe blaast. De drijfbalk is bedoeld om drijfvuil zoveel mogelijk af te vangen, om zo te voorkomen dat het kanaal in het centrum vol ligt met drijfvuil. Het nadeel van deze drijfbalk is, dat deze ook het eendenkroos verzamelt. Dit eendenkroos is niet of nauwelijks te verwijderen. Het achterblijven van slechts een klein beetje kroos leidt in korte tijd weer tot een explosieve groei, waardoor het verwijderen een min of meer continue (en daarmee kostbare) bezigheid wordt. Het regelmatig verwijderen van kroos is daarmee, in het algemeen, geen kosteneffectieve maatregel. De wijkvegers verwijderen overigens wel regelmatig het drijfvuil voor de drijfbalk bij Suytkade. Dit jaar hebben we bij de Veestraatbrug en bij Suytkade eenmalig het kroos laten verwijderd. Voor de aankomende jaren zullen we incidenteel het kroos laten verwijderen, als een te groot oppervlak bedekt raakt.
Vraag 2. De vegetatie / waterplanten die zichtbaar in het kanaal gedeelte o.a. ter plaatse van de Veestraat-brug zich ontwikkelen. ( dichtslibben )
Antwoord: De waterplanten die onder water groeien, zorgen voor zuurstof in het water en beschutting voor de aanwezige vissen. Doordat het kanaal in het centrum van Helmond niet meer bevaren wordt, zakt het aanwezige slib naar de bodem en wordt het kanaalwater steeds helderder. Dit bevordert weer de plantengroei in het water. Hierdoor verandert ook de samenstelling van de aanwezige vis. De populatie brasem (die leeft in troebel water) neemt af en de populatie vissen die gebaat zijn bij helder water (waaronder baars en snoek) zal toenemen. Deze overgang naar een andere samenstelling van de vispopulatie is ook een natuurlijk verschijnsel. Wanneer de hoeveelheid waterplanten zoveel toeneemt, dat andere functies of objecten in het gedrang komen, dan zullen de onderwaterplanten plaatselijk verwijderd worden.
Vraag 3. Verder is er de “reuk van ’t Kanaal”, die ontstaat na het inwerking treden van de fonteinen, wat al jaren een hekel punt van discussie is.
Antwoord: De fonteinen beluchten het water en hierdoor ruikt men de “reuk van ’t kanaal”. Hierover zijn direct na plaatsing een aantal klachten geweest, maar de laatste jaren zijn de klachten aanmerkelijk minder.
Vraag 4. Al jaren een doorn in het oog zijn de wit-uitgeslagen metselwerken van de kades. Deze onvolkomenheden, ontstaan direct na / tijdens de uitvoering, zijn met gangbare middelen te verwijderen wardoor het geheel weer ooglijk wordt.
Antwoord: Er zijn inderdaad chemische middelen in de handel die de witte uitslag verminderen of zelfs verwijderen. Deze middelen zijn echter zeer schadelijk voor de watermilieu en mogen niet boven oppervlaktewater gebruikt worden. Daarnaast tasten deze middelen het voegwerk aan. Om deze redenen zullen wij de witte uitslag niet laten verwijderen.
Vraag 5. Niet duidelijk is of de baggerwerken in de kanaaltangent voor de Induma insteekhaven, die ooit middels een “stevig” krediet werden voorzien, tot uitvoering zijn gekomen.
Antwoord: Uit oude dossiers blijkt, dat de insteekhaven in 1989 en 1990 in twee delen gebaggerd is. Nadien zijn er geen grootschalige baggeractiviteiten meer geweest in de insteekhaven en er zijn in de gemeentelijke begroting ook geen middelen voor opgenomen. Na signalen van de bedrijven is in 2011 de aanwezigheid van slib met radardetectie opnieuw in kaart gebracht. Hoewel overal redelijk veel slib ligt, levert dit voor de scheepvaart nog geen onoverkomelijke problemen op. In de vaargeul is overal voldoende diepgang. Langs de waterkanten en in de insteekhaven is het kanaal plaatselijk ondiep. Tot nu toe wordt de aanwezige bagger lokaal verwijderd, als dit problemen oplevert. Op termijn zullen het kanaal en de insteekhaven weer integraal gebaggerd moeten worden. De kosten hiervoor zijn echter hoog en tot op heden niet voorzien in het Investeringsprogramma. Naar aanleiding van de signalen van de bedrijven en schippers zullen wij dit jaar nog een uitgebreider onderzoek laten uitvoeren naar de aanwezigheid en kwaliteit van het slib in het kanaal en de insteekhaven. Op basis van de uitkomsten in dit onderzoek, zullen wij bij de Voorjaarsnota 2013 voorstellen doen voor het uitvoeren van baggerwerkzaamheden.
Vraag 6. Wanneer een totaalplan kan / mag worden verwacht voor de zgn. Kanaalzone. Een integrale plan-opzet, waarin naast recreatieve zaken bijv. ook duidelijk de beheersaspecten en waterkwaliteit naar voren komen.
Antwoord: Met de gemeente Laarbeek voeren wij overleg over de totstandkoming van een gezamenlijk recreatievaartproduct. De uitkomsten van dit overleg zijn van belang voor het bepalen van een totaalplan recreatievaart voor het kanalenstelsel binnen onze gemeente. Wanneer de recreatieve aspecten invloed hebben op het beheer zal dit in het totaalplan weergegeven worden. De recreatieve aspecten maken ook weer onderdeel uit van de integrale aanpak van de Kanaalzone.
Nadat in 2010 de nota Strategische verkenning Ontwikkelingsperspectief Kanaalzone Helmond is uitgebracht heeft de realisering van een aantal korte termijn projecten vooral via het traject Samen Investeren gelopen, dat voor een zestal onderdelen (waaronder het herstel van de recreatieve vaart en sluis 7) inmiddels volop in uitvoering is. Een verdere uitwerking van het lange termijn ontwikkelingsperspectief is ondertussen door de economische crisis in een ander daglicht komen te staan. In afwachting van de nieuwe stadsvisie en daarop volgend de opstelling van een nieuwe ruimtelijke Structuurvisie, zal deze lange termijnstrategie nog even op zich laten wachten.
Mede naar aanleiding van overleg met de stichting Berzob en het MCA (Multimodaal Coördinatie en Adviescentrum), zullen wij wel een onderzoek laten uitvoeren naar de kansen en bedreigingen van de ontwikkeling van multimodaal vervoer in Helmond.
De verantwoordelijkheid voor de waterkwaliteit in de oude kanaaltak ligt bij het Waterschap Aa en Maas. De kwaliteit is echter zeer beperkt te beïnvloeden, omdat deze vooral bovenstrooms wordt bepaald. Er zijn afspraken gemaakt met Rijkswaterstaat over de hoeveelheid water die Helmond mag doorvoeren ter verversing van het water. In droge periodes, als Rijkswaterstaat ook met een watergebrek kampt, is deze
doorvoer zeer beperkt.